Agat

​Agat is een granaatappelsoort die oorspronkelijk uit Azerbeidzjan komt. Het is een relatief nieuwe variëteit die erg gewaardeerd wordt voor de kwaliteit van zijn vruchten en zijn productiviteit.

​De plant is een bladverliezende struik of kleine boom die 3-4 meter hoog kan worden. Hij heeft een rechtopstaande groeiwijze en ontwikkelt een dicht bladerdak van smalle, glanzende bladeren. In de lente produceert de boom opvallende oranjerode bloemen die bijen en andere bestuivers aantrekken

De Agat granaatappel is een zeer productieve variëteit die grote hoeveelheden grote rode vruchten met een dikke, leerachtige schil produceert. De vrucht wordt gewaardeerd om zijn sappige, zoetzure pitjes (arils), die rijk zijn aan antioxidanten en vitaminen. De zaden worden meestal vers gegeten, toegevoegd aan salades of gebruikt als garnering voor desserts.

De vrucht rijpt in de late herfst, meestal van oktober tot november, afhankelijk van het klimaat. Het is een laatrijpende variëteit die een langer groeiseizoen nodig heeft dan sommige andere granaatappelvariëteiten. Agat staat ook bekend om zijn goede houdbaarheid: de vruchten blijven tot zes maanden vers als ze onder de juiste omstandigheden worden bewaard.

De Agat granaatappel is een relatief makkelijk te onderhouden plant, die gemakkelijk groeit op een zonnige plek met goed gedraineerde grond. Hij is ook droogtetolerant en kan worden gekweekt in droge gebieden met weinig neerslag. Snoeien wordt aanbevolen om een gezonde, productieve boom te behouden en om fruit van goede kwaliteit te bevorderen. De plant kan worden vermeerderd door te stekken of door te enten op onderstammen.